fbpx

4 soorten grenzen

Uiteraard ga ik het hier niet over landsgrenzen hebben maar over onze eigen grenzen. Er zijn grenzen waar je niet wilt dat iemand anders overheen gaat en in sommige gevallen kun je daar niets aan doen, maar in een aantal gevallen ook wel door je grenzen aan te geven. Dan zijn er nog de grenzen van jezelf waar je zelf overheen gaat. Soms wil je dat eigenlijk niet en doe je het toch, maar er zijn ook grenzen waar je beter niet elke keer overheen kan gaan ook al zou je dat willen. En er zijn grenzen waarbij het mogelijk een voordeel heeft wanneer je erover heen gaat, maar die je eigenlijk niet aandurft. Dat zijn een heleboel verschillende grenzen!

Eerst wat algemene beeldvorming over grenzen. Ze kunnen namelijk erg flexibel zijn en van situatie tot situatie en persoon tot persoon verschillen. Hoe je je voelt en wat je allemaal hebt meegemaakt heeft hier bijvoorbeeld ook invloed op. Zo voelt het waarschijnlijk anders wanneer iemand in je persoonlijke ruimte komt door in een hele drukke bus naast je te gaan zitten, dan wanneer deze verder bijna leeg is. En dan zal het ook nog uitmaken of je net je examen hebt gehaald of bent gezakt. Belangrijk is het om je grenzen te leren herkennen én erkennen.

Laten we beginnen bij de eerste: jouw grenzen waar anderen overheen gaan. Nogmaals in een aantal situaties kun je daar niets aan doen. Denk bijvoorbeeld aan een verkrachting, dat heeft niets te maken of jij je grenzen wel aangaf. Maar wanneer jij je elke keer voor bepaalde dingen gevraagd wordt en jij zegt telkens maar ja terwijl je dit niet wilt of er eigenlijk geen tijd voor hebt, dán moeten we zeker gaan kijken naar waar jouw grens ligt en hóe je deze aan kan geven. Iets wat hierin erg kan helpen, is dat je gaat leren om niet automatisch maar ja (of nee) te zeggen, maar dat je aangeeft dat je daar even over wilt nadenken en dat je erop terug komt. Spreek eventueel een moment af waarop je erop terug komt. Dit geeft jou ruimte om te bekijken of het iets is wat je wilt doen en of je daar wel tijd voor hebt.

De volgende ‘grens’ is die waar je zelf telkens overheen gaat, maar dat eigenlijk niet wil. Deze heeft een raakvlak met de vorige, want strikt gesproken ga je dan ook ever een grens van jezelf wat je eigenlijk niet wil, door elke keer maar ja te zeggen. Maar in deze bedoel ik een grens van jezelf waar je overheen gaat, maar die niet (direct) in relatie staat tot iemand anders. Bijvoorbeeld het pak koekjes wat je in ene keer op eet. Belangrijk bij deze grensoverschrijding is om er achter te komen waarom je dat doet. Wat levert het je op de korte termijn op? Bijvoorbeeld bij het pak koekjes is dat je je misschien heel even iets beter voelt. Het kan een strategie zijn tegen negatieve gevoelens, het werkt helaas maar heel kort en met negatieve (lange termijn) gevolgen.

Dan de grens die je telkens over gaat, waarvan je maar wilt dat die er niet was. De grens die je limiet aan geeft. 30 minuten gaan lopen terwijl 10 minuten eigenlijk de max is, op dít moment. Dit is een grens die we graag verschoven zien, maar waarbij we vaak veel te snel gaan waardoor dat niet gebeurt, of erger nog, deze dichterbij komt. Want wanneer je heel regelmatig deze grens over gaat, komt deze eerder dichterbij dan dat je hem opschuift. Maar! Hij is wél te verschuiven in de goede richting. Dit kost echter tijd en geduld en gaat met vallen en opstaan. Het kan hierbij erg behulpzaam zijn om een doel te stellen en deze in stappen te verdelen en elke stap met mini pasjes te naderen.

“It’s better to make many small steps in the right direction then to make a great lead forward only to stumble backward.” Old Chinese Proverb

– Old Chinese Proverb –

En dan de grens waarbij het soms goed is om er wel overheen te gaan. Deze grens heeft vrijwel altijd met angst te maken. De angst houd je tegen om vooruit te gaan. Dat kan bijvoorbeeld het hervatten van een activiteit zijn. Misschien ben je bang voor wat andere mensen zullen denken of bang dat het de pijn verergerd.  Het is belangrijk deze grenzen te exploreren en te kijken, dat wanneer blijkt dat het inderdaad een stap in de goede richting kan zijn, hoe het dan het beste kan worden aangepakt. Bedenk dat er vaak geen weg omheen is, maar iets waar je echt doorheen moet.

Vergeet niet dat het verkeerd of niet hanteren van je grenzen ook serieuze negatieve gevolgen kan hebben. Het levert vaak stress op met alle negatieve mentale en fysieke gevolgen. Bedenk dat het aangeven van je grenzen niet egoïstisch is. Je geeft anderen juist helderheid in hoe ze jou kunnen helpen en de meeste mensen vinden dat alleen maar prettig. Hoe zou jij je voelen wanneer iemand zich voor jou maar telkens over zijn of haar grenzen ging ten koste van zichzelf?

Tot slot hou het aangeven van je grenzen vooral bij jezelf. Geef aan wat het met jou doet, dat je er ongelukkig van wordt of dat je het niet prettig vindt. Als het gepast is, kun je eventueel een voorstel doen van hoe het voor jou anders kan zodat het wél werkt. Bijvoorbeeld: “Ik wordt er erg ongelukkig van wanneer je elke keer alleen maar aangeeft wat er niet goed gaat, kun je misschien ook vertellen wat er wél goed gaat?” Of: “Dit is al het derde grote project dat je mij vraagt te doen deze week en ik voel me daardoor onder druk staan, kun je aangeven welk project het belangrijkst is?”

De enige die jouw grenzen kan aangeven dat ben jij, niemand anders. Dat maakt het dus ook jouw verantwoordelijkheid. Dat betekent niet dat je er geen hulp voor mag zoeken. Doe dat zeker wanneer je merkt dat je dit erg moeilijk vindt.