fbpx

Loslaten

Loslaten is een werkwoord in ons taalgebruik. Het klinkt zo makkelijk, is best moeilijk en je hoeft er, voor het loslaten zelf, juist niets voor te doen. Loslaten is eigenlijk toestaan. Dat wat er is, laten zijn, het toestaan en omarmen.

Je doorloopt een proces op weg naar loslaten. Allereerst is er het herkennen van datgene waar je je aan vasthoud of tegen verzet en dan voor jezelf erkennen dat je dat doet. Vervolgens datgene accepteren, het nemen voor wat het is, zonder oordelen of verzet. Sta toe dat het er is en omarm het. Dit alles is nog best lastig. We hebben als mens de neiging dingen te doen en toe te passen, maar dat is nu juist net niet nodig.

Het paradox is dan ook wanneer je acceptatie of loslaten als tactiek, methode of oplossing wilt inzetten er eigenlijk al weer sprake is van het tegenovergestelde: afwijzen of vasthouden. Verleidelijk kan ook zijn om te zeggen: “ik wil dit eigenlijk niet, maar ik accepteer het maar”. Dat is berusting, geen acceptatie.

Wanneer je iets bewust of opzettelijk probeert los te laten, zul je merken dat het tegenovergestelde gebeurt. Je klampt je eigenlijk vast. Iets wat accepteren en loslaten ook echt niet zijn, is negeren. In tegen deel, negeren helpt niet en werkt, net als proberen los te laten, eerder averechts.

Jeetje, maar hoe doe je het dan wél zul je denken. Nou niet dus, je doet niets. Acceptatie en loslaten zijn eerder een gevolg van een realisatie of een inzicht (een epiphany zoals de Engelsen het zo mooi zeggen). Het gebeurt vanzelf en dan realiseer je je dat het is gebeurd. Zonder hoop op een resultaat of dat je er iets mee bereikt.

Nu is er op dit gebied wel een oefening die kan helpen in dit proces. Een graduele oefening in zelfacceptatie gebaseerd op een oefeningen van Rick Hanson. In deze oefening ga je stap voor stap door een proces heen. Het is belangrijk te beseffen dat je op elke moment uit de oefening kan stappen en er later weer naar terug kan keren. Vind je het erg spannend of moeilijk, zoek dan gerust iemand die je in het proces begeleidt.

We beginnen met iets makkelijks, iets wat neutraal is voor jou. Neem een object die zich in jouw omgeving bevindt. Bijvoorbeeld een tafel, de vorm van de tafel, maar het kan met elk object. Observeer de tafel en zeg tegen jezelf: “ik accepteer de vorm van de tafel” of “ik accepteer dat er een tafel is”. Ervaar hoe dat voelt. Zeg dan tegen jezelf: “ik accepteer de vorm van de tafel niet” of “ik accepteer niet dat de tafel hier staat”. Ervaar hoe dat voelt.

Wanneer je lukt, ga je een stapje verder naar iets wat niet neutraal, maar wel iets wat positief of prettig is. Je kunt bijvoorbeeld naar een glas water kijken die je wilt opdrinken omdat je dorst hebt. Zeg dan tegen jezelf: “ik accepteer dat dit water goed voelt”. Ervaar hoe dit voelt. Probeer ook eens tegen jezelf te zeggen: “ik accepteer niet dat dit water goed voelt” en ervaar hoe dat dan voelt. Wanneer dit lukt ga je naar de volgende stap.

De derde stap is dit proberen met iets wat niet zo prettig is, iets wat je niet leuk vindt. Maak het nog niet te zwaar, denk bijvoorbeeld aan een rekening die je nog moet betalen of een onenigheidje die je had met iemand. En eg dan tegen jezelf (in het geval van een nog te betalen rekening): “Ik accepteer dat ik deze rekening moet betalen” en ervaar hoe dat voelt. Zeg ook tegen jezelf: “Ik accepteer niet dat ik deze rekening moet betalen”. Ervaar hoe dat dan voelt. Wat doet dat met je? Hoe verschilt het van het accepteren? Meestal is het zo dat wanneer je het kunt accepteren er een gemak is, een gevoel van realiteit, van zijn zoals het is. Bij het niet accepteren zul je waarschijnlijk wat spanning ervaren, of druk of weerstand. Het voelt niet zo prettig.

Tot slot gaan we naar een ervaring in jezelf op dit moment. Wat gebeurt er nu in je lichaam? Hoe voelt je ademhaling bijvoorbeeld? Kun je de sensaties van het ademhalen accepteren zoals ze zijn zonder er iets mee te doen of er weerstand tegen te bieden. Zonder oordelen alleen observeren. Je zult merken dat er zich ook andere dingen aandienen zoals een gedachte, een sensatie elders in je lichaam of een bepaalde (negatieve) emotie. Je kunt eventueel dingen tegen jezelf zeggen zoals: “ik accepteer deze gedachte/sensatie/emotie”. Dit hoeft niet alleen het negatieve te zijn, dat kan natuurlijk ook het positieve zijn.

Dit zijn de eerste stappen en kan nog veel verder worden uitgebreid en verdiept. Maar voor nu al mooi om mee aan de slag te gaan. Succes en neem de tijd!