fbpx

Stoïcisme

Stoïcisme is een meer dan 2000 jaar oude filosofie dat regelmatig over de eeuwen oplevingen kent. Zeker nu met de pandemie, maar eigenlijk al in de afgelopen jaren, is het weer in opkomst. De moderne cognitieve gedragstherapie en de zelf-hulp beweging rusten (ten dele) op deze filosofie. Het is een interessante en in mijn beleving hele behulpzame filosofie met uiteraard onderdelen waar ik minder fan van ben.

Stoïcisme is ook veel meer dan een ‘onverschillige’ houding en bevat wijze lessen en oefeningen die daaruit voortvloeien. Als stoïcijn (zo noem ik mezelf overigens niet) neem je de wereld zoals deze is, maar werk je tegelijkertijd ook aan jezelf via vier kardinale deugden: praktische wijsheid, zelfbeheersing, rechtvaardigheid en moed.

In deze blog wil ik een paar oefeningen uit het stoïcisme delen die kunnen helpen om minder te lijden in het leven en meer een leven te leiden. Dit is voor iedereen toepasbaar, maar zeker ook voor mensen met aanhoudende pijn. Met aanhoudende pijn komt lijden niet alleen voort uit het feit dat je pijn ervaart. Andere aspecten in het leven kunnen ook zorgen voor ‘extra lijden’. De oefeningen uit het stoïcisme zijn dan ook met name bedoeld om iets te doen met dat ‘extra lijden’. In de Acceptance and Commitment Therapy (ACT) wordt dat ook wel ‘vuile pijn’ genoemd. Je hebt namelijk de pijn ervaring zelf, in de ACT ‘schone pijn’, en alles wat de pijn (of het lijden) vergroot, genaamd ‘vuile pijn’. Dat kan bijvoorbeeld stress zijn, depressieve gevoelens, overtuigingen van niks waard zijn etc.

De onderstaande oefeningen uit het stoïcisme geven een paar mogelijkheden om beter om te gaan met dat ‘extra lijden’ of de ‘vuile pijn’.

Oefening 1

Het onderzoeken van je indrukken

Met een indruk wordt bedoelt je eerste reactie op mensen, situaties en wat je wordt verteld. Maak er een gewoonte van om tegen elke sterke indruk te zeggen: “Je bent alleen maar een indruk, niet de bron van de indruk”. Je neemt daarmee wat afstand van de indruk en creëert ruimte voor een andere reactie. Stel vooral de vraag: “Ligt dit binnen of buiten mijn invloedsfeer?” Binnen je invloedsfeer? Doe er iets aan. Buiten? Laat het los.

Voorbeeld: je staat vast in het verkeer. Er waren voorafgaand aan dat moment dingen die binnen je invloedsfeer lagen om dit te voorkomen, bijvoorbeeld de files checken en eerder weggaan. Echter is dat nu niet meer mogelijk en ligt het niet meer binnen je invloedsfeer. Dat kun je gefrustreerd zijn en jezelf ‘opeten’ of je kunt gewoon relaxen en naar de radio luisteren. Je komt door het eerste niet sneller op je werk en door het tweede wel een stuk prettiger.

Dit is natuurlijk allemaal makkelijk gezegd, maar vraagt zeker oefening en doorzettingsvermogen maar ook eerlijkheid! Want soms zouden we willen dat we iets kunnen beïnvloeden, zoals het gedrag van een medemens, maar helaas, dat is niet zo.

Oefening 2

Neem een pauze en haal diep adem

Epictetus zei: “Denk eraan, het is niet genoeg om geslagen en beledigd te worden om geschaad te zijn, je moet geloven dat je geschaad wordt”. Als het iemand lukt om jou te provoceren, bedenk dan dat je geest medeplichtig is in de provocatie. We moeten de impuls om gelijk en instinctief te reageren weerstaan en de situatie overwegen met logica en kalmte. Dus neem een pauze en haal even diep adem.

Dit klinkt heel simpel, maar is alles behalve dat! Het idee achter deze oefening is ook al genoemd in oefening 1: het rationeel onderzoeken van je indrukken, ongeacht of deze indrukken negatief of positief zijn.

Oefening 3

Ander perspectief

Epictetus herinnert ons eraan hoe we situaties verschillend bekijken wanneer ons iets beïnvloed dan wanneer hetzelfde iemand anders beïnvloed. Voorbeeld: iemand zijn telefoon valt kapot. Vaak zal er door anderen gereageerd worden in de trant van: “Het is maar een telefoon je kunt toch zo een nieuwe kopen, zo erg is dat toch niet?”. Maar wanneer je jouw telefoon kapot laat vallen, ervaar je veel meer emotie.

Deze oefening gaat erom te begrijpen dat ongelukken, blessures, ziekte en sterven allemaal onvermijdelijk zijn. Hoewel het erg begrijpelijk is om erdoor van overstuur te zijn, kunnen we troost putten uit het feit dat ze bij het leven horen. Het universum heeft het niet op een specifiek iemand voorzien.

Bron: Philosophies for Life