fbpx
Archive
Monthly Archives: juli 2020

Blog – nieuwe definitie van pijn

De vorige definitie van pijn stamt uit 1979. In de tussentijd zijn we uiteraard weer een stuk wijzer geworden en in de afgelopen jaren kwamen er meer geluiden vanuit het ‘pijn veld’ dat vroeg om een herziening van de definitie. Geen gemakkelijke klus. In 2018 werd door het IASP (International Association for he Study of Pain) een 14-koppig team samengesteld om de definitie opnieuw te bekijken. Die 14 mensen kwamen uit verschillende landen met een brede ervaring in klinische en basis wetenschap gerelateerd aan pijn. Middels diverse methodes kwamen ze in augustus 2019 met een eerste voorstel voor een nieuwe definitie. Hier werd feedback op gevraagd en deze werd gegeven door onder andere ethici, filosofen, onderzoekers, clinici, maar ook patiënten en mantelzorgers. In november werd op basis van die feedback een gereviseerde versie voorgelegd aan de IASP Raad. Na feedback van deze raad waren er nog een paar kleine aanpassingen en in januari 2020 werd de definitieve versie ingediend.

In de beginfase werd tijdens de discussies tussen de leden van het team overeenstemming bereikt over een aantal uitgangspunten voor de nieuwe definitie. De definitie moest zowel gelden voor acute als chronische pijn en van toepassing zijn op alle pijnaandoeningen, ongeacht de oorzaak. Verder moest de definitie van toepassing zijn op zowel mensen als niet-menselijke dieren. En ten derde   moest de pijn worden gedefinieerd, waar mogelijk, vanuit het perspectief van degene die de pijn ervaart. Vooral dat laatste vind ikzelf een belangrijk punt. Dat iemand met pijn erkend wordt in zijn of haar pijn en dat dat het uitgangspunt is.

Een van de kritieken op de oude definitie was dat mensen die zich (nog) niet verbaal kunnen uiten, buiten beschouwing stonden. Omdat, in de oude definitie, het woord ‘’described” of “beschreven” voorkwam en dit dus niet omvattend was voor bijvoorbeeld baby’s en een bepaalde groep ouderen en gehandicapten. In de nieuwe definitie is dat aangepast door de toevoeging “or resembling that associated with” ofwel “of lijkt op dat verbanden houden met”. Een belangrijk verschil!

Ook de term “unpleasant” ofwel “onaangenaam” stond ter discussie omdat het mogelijk ernstige pijn en het lijden dat gepaard gaat met veel acute en chronische pijnklachten trivialiseert en het er ook niet in slaagt “het volledige scala aan woorden te gebruiken dat kan worden gebruikt om de ervaring te beschrijven” en het daarmee samenhangede lijden. Echter werd hier geen beter woord voor gevonden dat niet te moeilijk was en zich ook makkelijk liet vertalen. En zo bleef dit woord wel in de definitie.

Tot slot is ook inmiddels duidelijk dat pijn meer is dan een symptoom en dat, in ieder geval in een aantal gevallen, chronische pijn een ziekte op zichzelf kan zijn met zijn eigen klinische beloop en dat de nieuwe definitie dat ook zou moeten weergeven. Het deel van de nieuwe definitie die dat weergeeft is “Pijn en nociceptie zijn verschillende verschijnselen. Pijn kan niet alleen worden afgeleid uit activiteit in sensorische neuronen”. Maar ook “Pijn is altijd een persoonlijk ervaring die in verschillende mate wordt beïnvloed door biologische, psychologische en sociale factoren” spreekt van meer dan alleen (chronische) pijn vanuit een duidelijke oorzaak en dus mogelijk een op zichzelf staande ziekte. Of dat wenselijk is, dat het een op zichzelf staande ziekte is, is eer een heel ander verhaal. Het zal zeker voordelen hebben, maar ook nadelen, maar dat is voer voor een andere blog.

Je zult misschien denken “wat maakt dit nu uit voor mij?”. Nou, direct waarschijnlijk helemaal niets. Echter dit soort definities geven richting aan onderzoek en richtlijnen waardoor dat steeds beter aansluit op de mensen met pijn. Over tijd helpt het ook de kijk op pijn veranderen naar een puur lichamelijk iets of iets wat bij gebrek aan het vinden van een oorzaak dan maar als ‘psychisch’ wordt beschreven, naar een betere en bredere pijn op pijn dat ook los kan staan van een duidelijk oorzaak en wel degelijk gehoord en gerespecteerd dient te worden.

Bron:

APA Raja, Srinivasa N.a,*; Carr, Daniel B.b; Cohen, Miltonc; Finnerup, Nanna B.d,e; Flor, Hertaf; Gibson, Stepheng; Keefe, Francis J.h; Mogil, Jeffrey S.i; Ringkamp, Matthiasj; Sluka, Kathleen A.k; Song, Xue-Junl; Stevens, Bonniem; Sullivan, Mark D.n; Tutelman, Perri R.o; Ushida, Takahirop; Vader, Kyleq The revised International Association for the Study of Pain definition of pain, PAIN: May 23, 2020 – Volume Articles in Press – Issue –

doi: 10.1097/j.pain.0000000000001939

7 misvattingen over houding

Hoe vaak heb je het wel niet gehoord toen je jong was? Misschien hoor je het nu nog wel eens: “Recht op zitten!”. Er heersen nogal wat ideeën over houding in onze maatschappij en tot op heden blijken vele van deze, eigenlijk aannames, nergens op gebaseerd. In deze blog 7 misvattingen omtrent houding. De informatie is gebaseerd op het artikel “Sit Up Straight”: Time to Re-evaluate van Slater et al. uit 2019.

1

Om maar gelijk met de deur in huis te vallen: de juiste houding bestaat niet. En het lijkt er ook niet op dat het vermijden van zogenaamde verkeerde houdingen rugklachten kunnen voorkomen. Dit geldt overigens niet alleen voor zitten, maar tot op zekere hoogte ook voor tillen.

2

Onze ruggen zijn ook allemaal anders. Sommige hebben een vrij rechte rug met weinig hollingen en bollingen en anderen hebben juist een hele holle onder rug en/of een versterkte bolling van de boven rug. Er zijn geen aanwijzingen dat zulke normale variaties van invloed zijn op het krijgen van klachten.

3

Je houding kan wel een reflectie zijn van hoe je je voelt. Als je je bijvoorbeeld somber voelt zul je eerder een wat gebogen houding hebben dan wanneer je blij of trots bent. Ook kun je een bepaalde houding aannemen omdat je je onveilig voelt. Het kan belangrijk zijn dit mogelijk achterliggende aspect van je houding te begrijpen.

4

Hoe comfortabel is een houding? Dat rechtop zitten is lang niet altijd comfortabel voor iemand. Neem gerust een meer comfortabele houding aan, maar wat comfortabel is, verschilt van persoon tot persoon. Ga gerust hier wat in op ontdekkingsreis! Ook in houdingen die je mogelijk hebt vermeden.

5

Een veel gehoord iets in de praktijk is: “Ik heb een zwakker rug”. In de meeste gevallen is dit echt niet zo, de rug kan wel conditie en kracht missen, vaak als gevolg van inactiviteit. Je rug is een zeer sterke structuur! Het heeft het vermogen tot aanpassen aan nieuwe manieren van bewegen, belasten en houdingen. Waarschuwingen (van veelal therapeuten) dat je rug beschermt moet worden, kunnen tot angst leiden en zelfs klachten.

6

Zitten is niet gevaarlijk voor de rug. Zelfs langer dan 30 minuten zitten is niet gevaarlijk en hoeft niet te worden vermeden. Echter, wanneer je last hebt van je rug kan dit, tijdelijk, vervelend zijn. Dan is regelmatig van houding wisselen, het reduceren van provocerende houdingen en bewegen aan te bevelen. Regelmatig bewegen is sowieso belangrijk voor je algehele gezondheid.

7

Preventief houdings- en bewegingsonderzoek werkt niet ter voorkoming van pijnklachten op de werkvloer. Voorkeuren van bijvoorbeeld tillen, zijn afhankelijk van iemands anatomie en natuurlijke variaties. Bepaalde tiltechnieken en het vast aanspannen van de ‘core’ zijn niet gebaseerd op evidentie en kunnen zelfs eerder klachten in stand houden of zelfs veroorzaken. Het is heel persoonlijk en afhankelijk van iemands klachten of er, tijdelijk, een aanpassing nodig is.

Leuk al die misvattingen, maar wat is dan wel belangrijk? Afwisselen van houding is belangrijk. Elke houding die je lang probeert vol te houden, zal op den duur klachten geven. Sleutelwoorden zijn: te lang! Ons lichaam is gemaakt om te bewegen, niet om lang in een houding te zitten. Zelfs in onze slaap bewegen we.

Wat is te lang? Dat is voor iedereen weer anders. Ben je erg gevoelig of mis je veel conditie dan zul je sneller van houding willen wisselen dan wanneer iemand erg fit is of zich zelfs heeft getraind in het vasthouden van een bepaalde houding voor een langere tijd. Denk hierbij aan de levende standbeelden. Je algehele conditie is dus ook belangrijk. Maar vergeet ook niet je spierkracht. Wanneer spieren sterker zijn kunnen ze iets ook beter en langer volhouden.

Tot slot, zoals ook genoemd in de misvattingen, heeft hoe je je voelt invloed op je houding naast de invloed van stress op de spanning in de spieren. Vergeet niet naar dit aspect te kijken wanneer je klachten ervaart! Hoe voel je je en hoe is de stress in je leven? Denk dan bijvoorbeeld eens aan ontspannings- of ademhalingsoefeningen om je hierbij te helpen.

Piekeren

Vrijwel iedereen piekert wel eens. Dat is ook heel normaal en geen probleem mits het binnen de perken blijft. Piekeren is een vorm van nadenken waarbij je constant dezelfde gedachtes blijft herhalen en er geen oplossing of conclusie komt. Dat piekeren dus tot niks positiefs leidt, hoef ik je niet te vertellen, er wordt ook eigenlijk nooit over iets positiefs gepiekerd. In 96% van de gevallen piekeren we over dingen die al zijn gebeurt of nooit zullen gebeuren. Het zijn veelal onbelangrijke dingen waar we ook geen invloed op hebben. En toch wordt hier door sommigen, terwijl ze het niet willen, veel tijd en energie aan besteed. Je kunt je er machteloos door voelen, het geeft vermoeidheid en zorgt voor een verminderd zelfvertrouwen en uitstelgedrag.

Bijkomend probleem met piekeren is ook nog dat de herhaling maakt dat je er beter in wordt. Hoe vaker je je ongeruste pieker gedachtes herhaald, hoe makkelijker dat wordt en hoe beter het in het brein wordt vastgelegd. We worden ook beter in het leggen van negatieve verbindingen met en tussen dingen die verkeerd zouden kunnen gaan. Piekeren kun je ‘afleren’, er is echter geen simpel knopje dat je dan moet omzetten. Sterker nog het proberen te stoppen van je gedachtes, ze wegduwen of proberen te negeren, maakt het vaak alleen maar erger. Toch is piekeren iets waar je echt wat aan kunt doen ook al heb je momenteel mogelijk de ervaring dat alles wat je doet het piekeren erger maakt.

Iets wat kan helpen is je relatie met piekeren veranderen. Onze piekergedachtes kunnen onzeker maken of twijfels geven. Daar komt ook een onaangenaam gevoel bij kijken. Wat met piekeren gebeurt is dat de onzekerheid of het vervelende gevoel als gevaar wordt bestempeld. Het kan er toe leiden dat je bevestiging gaat zoeken. Het lastige is alleen dat veel gepieker gaat over dingen die nooit gaan gebeuren en het is vrijwel onmogelijk daar een bevestiging voor te vinden… niemand weet wat de toekomst brengt.

Ben je al op het punt gekomen dat je weet dat waar je over piekert niet reëel is, maar je piekert nog steeds, dan pieker je waarschijnlijk over het feit dat je piekert en wat dat allemaal wel niet teweeg brengt en dat het stress geeft, ect. Je maakt je mogelijk zorgen over het feit dat het niet lukt om te stoppen met piekeren en daar pieker je dan weer over. Het is een eindeloze cirkel waar je dan in belandt.

Het is belangrijk te weten dat ondanks het gepieker er niet iets mis is met je. Je bent ongemerkt in de val gelopen dat piekeren heet. Belangrijk om je dat te realiseren en de keus te maken er iets aan te gaan doen. Een volgende belangrijke stap bij het verminderen van piekeren, is je bewust worden dat je piekert. Neem het waar bij jezelf en benoem het: “dit is piekeren”. Probeer vervolgens niet het gepieker weg te drukken, want dat helpt niet. Beter is het om je piekergedachtes te observeren. Geef ze de ruimte en observeer ze, zonder oordelen. Heel mindful eigenlijk.

Dit voelt misschien heel tegenstrijdig, maar wanneer je het intuïtieve pad pakt, het bestrijden van de piekergedachtes, merk je dat het alleen maar erger wordt. Het is als olie op het vuur gooien. Piekeren vraag om een contra-intuïtieve aanpak. Een voorbeeld van een contra-intuïtieve oplossing is wanneer je op een gladde weg rijd en je komt in een slip, heb je de neiging weg te sturen van hetgeen je op je af ziet komen. Bijvoorbeeld een lantaarnpaal. Dit helpt echter niet, je moet juist naar het object toe sturen. Contra-intuïtief. Of wanneer je een jonge hond wilt pakken en hij rent weg, je eerste reactie is er achteraan rennen. Terwijl juist weg lopen of renner ervoor zorgt dat hij achter jou aan komt en je een grotere kans hebt om hem te pakken.

Met piekeren is het net zo, de aanpak is contra-intuïtief. Probeer het eens. Observeer je piekergedachtes en zie wat het brengt.

Wanneer je vindt dat het piekeren bij jou problematische vormen heeft, zoek dan hulp. Er is echt wat aan piekeren te doen!